zaterdag 27 februari 2010

Psalm 73:25-26 - Vertrouwen op God

SV HSV
Wien heb ik nevens U in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde. Bezwijkt mijn vlees en mijn hart, zo is God de Rotssteen mijns harten, en mijn Deel in eeuwigheid. niet beschikbaar in HSV
andere vertalingen
Een korte duik in de oude woorden van deze Psalm:
  • Nevens is een oud woord, het betekent naast: Wie heb ik naast U in de hemel?/Wie anders dan U heb ik in de hemel?
  • Vlees en hart, dat zijn het lichaam en de ziel.
Vers 26 klinkt dan vrij vertaald: Al zouden mijn lichaam en mijn ziel bezwijken, de rots van mijn hart, mijn erfdeel, blijft God voor eeuwig.

Vertrouwen op God is iets wat een mens siert. De schrijver van Psalm 73, Asaf, keek naar de goddelozen en vergeleek zichzelf met hen. Hij klinkt jaloers, maar hij trekt de conclusie dat het verkeerd met hen afloopt.
Verderop in deze Psalm ontdekt hij dat hij dom en dwaas was en noemt zichzelf "een groot beest bij U". Dan verandert de klank van de psalm: Ik zal altijd bij U zijn, U hebt mijn rechterhand gepakt. Asaf stelt zijn vertrouwen op God. Dat siert een mens niet alleen, maar geeft ook eer aan God:

ik zet mijn betrouwen op den Heere HEERE, om al Uw werken te vertellen (Psalm 73:25b).

Het volgende lied spreekt ook van dat vertrouwen:
'k Stel mijn vertrouwen op de Heer mijn God.
Want in zijn hand ligt heel mijn levenslot.
Hem heb ik lief, Zijn vrede woont in mij
‘k Zie naar Hem op en weet: Hij is mij steeds nabij.
uit: Evangelische Liedbundel, lied 188

 

zaterdag 20 februari 2010

1 Johannes 2:15-17 - Leven

SV HSV
Hebt de wereld niet lief, noch hetgeen in de wereld is; zo iemand de wereld liefheeft, de liefde des Vaders is niet in hem. Want al wat in de wereld is, namelijk de begeerlijkheid des vleses en de begeerlijkheid der ogen en de grootsheid des levens, is niet uit den Vader, maar is uit de wereld. En de wereld gaat voorbij, en haar begeerlijkheid; maar die den wil van God doet, blijft in der eeuwigheid. Heb de wereld niet lief en ook niet wat in de wereld is. Als iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in hem. Want al wat in de wereld is: de begeerte van het vlees, de begeerte van de ogen en de hoogmoed van het leven, is niet uit de Vader, maar is uit de wereld. En de wereld gaat voorbij met haar begeerte; maar wie de wil van God doet, blijft tot in eeuwigheid.
andere vertalingen

Leven als een god in Frankrijk wordt er wel eens gezegd. Dat is een heerlijk leventje in de warme zon.
Streven naar de hoogste prijs bij de Olympische Spelen.
De voetbalwedstrijd winnen.
Het nieuwste mobieltje willen hebben.
Heeft het streven naar deze aardse dingen nut?

Ik wil u vragen om daar eens over na te denken. Is uw antwoord ook een Bijbels antwoord?
De vechtverzen van deze week laten zien dat we niet hoeven te streven naar hebzucht en dat we niet ons leven (ons vlees = ons lichaam) hoeven te verbeteren met alles wat we nodig denken te hebben. We hoeven alleen maar de wil van God te doen. Maar hoe weet je die? De kanttekeningen in de Statenvertaling vertellen dat dit betekent "het vlieden van deze begeerlijkheden en zonden."

Romeinen 12:2 spreekt ook over dit thema: En wordt dezer wereld niet gelijkvormig, maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede en welbehagelijke en volmaakte wil van God is.
Lees eens Romeinen 12 en het artikel en de vechtverzen van 25 januari 2010. Hier gaat het ook over veranderd worden door de vernieuwing van het denken. Door het goede te bedenken kunnen we de wil van God onderscheiden.

maandag 15 februari 2010

1 Johannes 1:8-9 - Eindeloze vergeving

SV
HSV
Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben, zo verleiden wij onszelven, en de waarheid is in ons niet. Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid. Als wij zeggen dat wij geen zonde hebben, misleiden wij onszelf en is de waarheid niet in ons. Als wij onze zonden belijden: Hij is getrouw en rechtvaardig om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid.
andere vertalingen

We moeten ons zelf niet bedriegen door te zeggen dat we zonder zonden zijn. De Bijbel spreekt er van in de vechtverzen van deze week, maar ook Romeinen 3 laat het duidelijk zien:
Er is niemand rechtvaardig, ook niet één; Er is niemand die verstandig is, er is niemand die God zoekt; Allen zijn zij afgeweken (Romeinen 3:10b - 12a)

Wat zo bijzonder is, is dat God vergeven wil. Dit is werkelijk bijzonder, want waarom zou een heilige God, die ons niet eens nodig heeft, Zijn eigen Zoon geven voor verlossing van die zondaren op de aarde? Toch heeft God laten opschrijven in de Bijbel dat Hij ons wil vergeven en reinigen van de zonde. Maar belijd Hem dan je zonden en breng ze in het licht! God zal genade geven!

 

zaterdag 6 februari 2010

Psalm 62:6-9 - Rust bij de Rots

SV
HSV
Doch gij, o mijn ziel, zwijg Gode; want van Hem is mijn verwachting. Hij is immers mijn Rotssteen en mijn Heil, mijn hoog Vertrek, ik zal niet wankelen. In God is mijn Heil en mijn eer; de Rotssteen mijner sterkte, mijn Toevlucht is in God. Vertrouwt op Hem te allen tijde, o gij volk; stort ulieder hart uit voor Zijn aangezicht; God is ons een Toevlucht. Sela. niet beschikbaar in HSV
andere vertalingen

In Psalm 62 spreekt David over rust in God. Hij noemt God "mijn Rotssteen" en "de rotssteen mijner sterkte". Dat laatste betekent mijn sterke rotssteen.
Een rots is stabiel, rotsvast, je kunt er op rusten, je kunt er op bouwen.
Voor David en voor iedere gelovige betekent het dat er rust te vinden is bij God, de rotssteen. Vertrouw op God, verwacht hulp en redding van Hem. Vind je toevlucht in God (vers 8).

Op meerdere plaatsen in de Psalmen wordt gesproken van een rots of rotssteen. Ook in Psalm 18 noemt David God zijn rotssteen:

De HEERE is mijn Steenrots, en mijn Burg, en mijn Uithelper; mijn God, mijn Rots, op Welken ik betrouw; mijn Schild, en de Hoorn mijns heils, mijn Hoog Vertrek. (vers 3)

Want wie is God, behalve de HEERE? En wie is een Rotssteen, dan alleen onze God? (vers 32)

De HEERE leeft, en geloofd zij mijn Rotssteen, en verhoogd zij de God mijns heils! (vers 47)

Wat is het heerlijk om te kunnen rusten op God, de Rotssteen! Dat zelf ervaren is geweldig! Het is iets om met anderen te delen! Matthew Henry schrijft in zijn Bijbelverklaring bij Psalm 62: "Zij die de vertroosting van Gods wegen met zichzelf hebben ervaren, zullen anderen uitnodigen om op die wegen te wandelen. We zullen er nooit minder om hebben als anderen er met ons in delen."